Werkgroep Wolf

Algemeen

Algemene naam: Europese wolf
Wetenschappelijke naam: Canis lupus lupus
Leeftijd: gemiddeld 6 tot 8 jaar in het wild en tot 16 jaar in gevangenschap
Topsnelheid: 45-50 km/u, met uitschieters tot 60 km/u
Schouderhoogte: 65 tot 80 cm
Kop-romplengte: 100 tot 150 cm
Staart lengte: 30 tot 50 cm
Gewicht: Vrouw gemiddeld 18 tot 50 kg, man gemiddeld 20 tot 50 kg
Voeding: Vleeseter (Obligate carnivoor)
IUCN-status: Niet bedreigd
Beschermingsstatus: Strikt beschermd (wordt verlaagd).
Herkenning: De wolf heeft een krachtige hals, sterke borstkas, een slanke buik, en lange krachtige poten. Zijn staart is vol, hangt in rust naar beneden, en heeft meestal een zwarte punt. De vacht is weinig contrastrijk beige- tot rossig-bruin, met een lichte vlek aan beide zijden van de hals, en een donker zadelvormig patroon op de rug. Zijn gezicht heeft wat weg van een clownsmasker met aan beide kanten een lichte wangvlek en een witte plek rondom de mond. De wolf heeft spitse, rechtopstaande oren die naar de top toe iets afgerond zijn en verder uit elkaar staan dan bij een hond. In de oren is een witte streep te zien, en de oren zijn volledig behaard, zowel aan de binnen- als de buitenkant.
Inheems: De wolf is geen exoot; hij verspreidt zich op eigen kracht en wordt dus niet door de mens geïntroduceerd.
Pootafdruk: De pootafdruk is moeilijk te onderscheiden van die van de hond. Een typische wolvenprent kan op die van een hond lijken, en een atypische afdruk kan juist van een wolf zijn. De voorpoot is ovaal en met 8 tot 11 cm lengte duidelijk groter dan de achterpoot, en dit is ook een onderscheidend kenmerk t.o.v. van de prenten van honden. Die zijn meer rond en daar verschilt de onderlinge grootte duidelijk minder.
Een heel lang spoor (+100 meter), in sneeuw of zand, zonder menselijke voetstappen in de buurt en zonder frequente afdwalingen zou kunnen wijzen op een wolf.
Inheems: De wolf is geen exoot, ze verspreiden zich op eigen kracht, en wordt dus niet door de mens geïntroduceerd. 

Voedsel

© Jos Kolijn | Instagram @fotovanjos
De wolf is een opportunist en kan zich goed aanpassen. Hij eet gemiddeld 3 a 4 kilo vlees, merg en ingewanden per dag. In extreme situaties kan een wolf kan tot 10 kilo eten en daarna twee weken zonder voedsel. De wolf eet o.a. knaagdieren, haasachtigen, hoefdieren, vogels en aas. Ook grotere prooidieren zoals eland, edelhert, wild zwijn, rendier, bever en ree staat op zijn menu. Indien voldoende aanwezig vormen hoefdieren de belangrijkste prooidieren van de wolf.
Een wolf kiest voor de maximale buit met een minimaal risico en zo min mogelijk inspanning. Oude, zieke en zwakke dieren vallen daarom eerder ten prooi aan wolven dan gezonde volwassen dieren. Daarnaast eten wolven veel jonge, onervaren dieren. Vee behoort ook tot het menu van de wolf.

Habitat

De wolf komt voor in heel uiteenlopende omgevingen, van toendra’s, steppen en prairies tot dichte bossen. Van het platteland tot ruige gebergtes. De wolf weet zich goed aan te passen. Ook in de buurt van de mens weet de wolf zich goed aan te passen. Zo leeft de wolf vaak ’s nachts in plaats van overdag om de mens te mijden. Het territorium van een wolf is 120 tot 350 km² groot, maar in grote uitgestrekte gebieden kan dit tot wel 2000 km² zijn! De grootte van het territorium hangt sterk af of er voldoende dekking is, en voldoende voedsel.
De wolf communiceert met een breed scala aan geluiden in zo’n groot gebied. Blaffen, keffen, grommen, janken en huilen. Het bekendste geluid is ‘huilen’, dat wordt gebruikt om de roedel te laten weten waar ze zijn en om wandelwolven te waarschuwen dat dit hun territorium is.
Foto van de wolf | © Jakob Bramm Jensen
Foto van de wolf | © Jakob Bramm Jensen
De wolf leeft in roedels van 2 tot 10 volwassen individuen. Dit is belangrijk voor de wolf, omdat hij erg sociaal is. Ook jaagt de wolf met de roedel. De roedel bestaat uit een monogaam ouderpaar met hun jongen en zogenaamde ‘helpers’ (1 tot 2 jaar oud), die bij de ouders blijven om te helpen bij de zorg voor de volgende nakomelingen. De helpers zijn meestal teven die na ongeveer 2 jaar de roedel verlaten, reuen verlaten de roedel vaak eerder om op zoek te gaan naar een eigen territorium.

Voortplanting

Wolf met welp, foto door Eveline Lenderink
Copyright © Eveline Lenderink
De paartijd van de wolf verschilt per gebied, maar vindt meestal plaats tussen februari en april. Normaal gesproken paart alleen het ouderkoppel. Hoewel wolven meestal monogaam zijn, komt buitenechtelijke voortplanting incidenteel voor. Na een draagtijd van gemiddeld 63 dagen worden drie tot zeven welpjes geboren van 300 tot 500 gram. Beide ouders zorgen voor de jongen en krijgen daarbij hulp van andere roedelleden. De moederteef blijft in het nest terwijl de reu haar voedsel brengt.
Welpen worden vaak geboren in een verlaten ondergrondse burcht of onder de wortels van een omgevallen boom. Bij geboorte kan de wolf niet zien of horen, na ongeveer 10 tot 14 dagen gaan de ogen en oren open. Na een week of zes zijn de jongen gespeend. Daarna blijven ze ongeveer een jaar bij de roedel. Jonge wolven spelen graag en veel. Als ze zelf de roedel niet verlaten worden ze vaak binnen 2 jaar verstoten. Dan zoeken ze een partner, en een nieuw leefgebied waar ze hun eigen roedel kunnen maken.

Verspreiding

De Europese wolf komt zowel in Nederland als in o.a. België Duitsland, Polen, Italië, Frankrijk, Zwitserland, Oostenrijk, Denemarken, Spanje en Zweden voor. Het aantal wolven neemt toe. De bestaande kerngebieden groeien jaarlijks langzaam. Vanuit deze kerngebieden verspreiden jongvolwassen wolven zich in alle richtingen. Vaak over korte afstand, maar geregeld ook over zeer lange afstanden, zoals de Duitse gezenderde wolf ‘Alan’, die vanuit Oost-Duitsland 1500 kilometer aflegde naar Witrusland.

Waarnemingen

Foto van de wolf | © Jakob Bramm Jensen
Foto van de wolf | © Jakob Bramm Jensen
Na 134 jaar zonder wolvenbevestiging in Nederland, werd in maart 2015 opnieuw een wolf waargenomen. In het najaar van het daaropvolgende jaar werd een wolf in Twente gezien. En sinds de zomer van 2017 wordt Nederland regelmatig bezocht door wandelwolven, die op zoek zijn naar een partner en nieuw leefgebied. Velen zijn teruggekeerd of doorgelopen naar onze buurlanden, maar in 2018 vestigde een wolf zich op de Veluwe. In 2019 volgde daarop ook de eerste wolvenpups. Inmiddels zijn er op de Veluwe meerdere territoriums, en ook in Brabant heeft een wolf zich gevestigd. Wolven worden steeds vaker waargenomen.
Drollen: Een ander bewijs van de aanwezigheid van wolven zijn de vele drollen die te vinden zijn. Hiermee bakent de wolf zijn territorium af. Keutels van de wolf herken je aan de grootte van minimaal 3cm dik en 20cm lang. Vaak bevat een keutel veel kalk, botresten, en haren van hun prooi. Ze hebben een kleine draai aan het uiteinde en worden vaak gevonden op paden, kruisingen en verhogingen.