Werkgroep Wolf

Ooit leefde de wolf in vrijwel heel Europa, inclusief Nederland. Door eeuwenlange vervolging, jacht, verlies van leefgebied en negatieve beeldvorming werd het dier uiteindelijk uit ons landschap verdreven. In vroegere tijden droegen wolven bovendien soms besmettelijke ziektes zoals hondsdolheid (rabiës), wat hen in uitzonderlijke gevallen gevaarlijk kon maken voor mensen. Dit leidde tot angst en actieve bestrijding. De risico’s waren destijds aanzienlijk groter dan nu, mede doordat er nog geen vaccins of veterinaire gezondheidszorg bestonden.
Met de opkomst van landbouw en veehouderij werd het leefgebied van de wolf steeds kleiner. Door de uitbreiding van akkers, dorpen en weilanden namen de conflicten tussen mensen en wolven toe. In sommige regio’s en periodes pasten kinderen of jongeren op schapen of geiten in het open veld. Dit leidde tot kwetsbare situaties, zeker in tijden waarin hondsdolheid onder wilde dieren voorkwam en zeldzame aanvallen op mensen konden plaatsvinden. Vanaf de Middeleeuwen nam de druk op wolven in Nederland toe. Wolven werden gezien als bedreiging voor vee, veiligheid en economie. Lokale overheden loofden premies uit voor het doden van wolven en de jacht werd systematisch georganiseerd. Rond 1600 waren wolven vermoedelijk al grotendeels verdwenen uit de noordelijke provincies.
In de loop van de 18e eeuw trokken de resterende wolven zich verder terug. Rond 1750 verdwenen ze uit grote delen van Noord- en Zuid-Holland, Zeeland en Drenthe. De leefgebieden waar de wolf nog voorkwam werden steeds kleiner en meer versnipperd. In de vroege 19e eeuw leidde een reeks incidenten tot bezorgdheid. In 1810 en 1811 werden in de regio Roermond meerdere mensen aangevallen. Deze zogenaamde ‘wolvenplaag’ werd in verband gebracht met hondsdolheid. De autoriteiten organiseerden daarop jachtcampagnes om besmette dieren te elimineren.
De laatste officieel geregistreerde wolf in Nederland werd in 1897 waargenomen bij Heeze (Noord-Brabant). In sommige bronnen wordt echter een exemplaar genoemd dat in 1881 werd doodgeschoten bij Helvoirt. Na 1897 verdween de wolf volledig uit het Nederlandse ecosysteem. Pas aan het begin van de 21e eeuw kwam de wolf weer in beeld. In 2011 werd bij Duiven een wolf gefotografeerd; DNA-onderzoek bevestigde dat het om een wilde wolf ging. Het dier trok verder Duitsland in. In 2013 werd een dode wolf aangetroffen bij Luttelgeest (Flevoland) – het dier bleek te zijn aangereden in Oost-Europa en illegaal in Nederland gedumpt.
Vanaf 2015 werden opnieuw levende wolven waargenomen, onder andere bij Noord-Sleen (Drenthe). In 2018 vestigde zich de eerste territoriale wolf op de Veluwe. Een jaar later, in 2019, werden daar voor het eerst sinds meer dan een eeuw weer wolvenwelpen in het wild geboren. Tegenwoordig is de situatie wezenlijk anders dan in vroegere tijden. Er bestaan moderne technieken en inzichten om schade door wolven te beperken, zoals elektrische rasters, kuddewaakhonden en DNA-onderzoek. Daardoor kan in veel gevallen worden vastgesteld welke wolf verantwoordelijk is voor een aanval. Indien nodig kan worden ingegrepen. Als samenleving zijn we nu beter in staat om samen te leven met de wolf – als we daar bewust voor kiezen.
Ben je benieuwd naar meer informatie over de wolf? Raadpleeg dan de literatuur, ontdek de biologie, of kijk bij de veelgestelde vragen voor antwoorden op je vragen. Voor scholen hebben we een spreekbeurt en een lespakket die gratis te downloaden zijn op de pagina gratis downloads.