Update: Dit artikel is vernieuwd!
https://werkgroepwolf.nl/pootafdrukken-van-wolf-en-hond-het-verschil/
Op bijvoorbeeld de Facebook groep Diersporen is het regelmatig onderwerp van discussie, “Is dit de pootafdruk van een wolf?”. Lastige met wolvenprenten is dat een typische wolvenprent nog steeds gemaakt kan worden door een grote hond. Wat wel scheelt is dat een typische hondenprent nooit van een wolf kan zijn.
Wolvenprenten vallen vooral op door hun grootte. De voorvoet is met 9 tot 11 cm lengte duidelijk groter dan de achtervoet, en dit is ook een onderscheidend kenmerk t.o.v. van de prenten van honden. Daar verschilt de onderlinge grootte duidelijk minder. Doordat wolven de tenen samenknijpen ontstaat een compacte druppelvorm. Bij honden is de vorm meer rond en heeft het weg van een schapenwolkje. Maar er zijn ook honden in goede conditie die de tenen samenknijpen. En daar ontstaat dus het probleem, het onderscheid wordt dan erg lastig.
Wolven bewegen zich echter heel anders door het landschap dan honden. Die zijn blij dat ze naar buiten kunnen, en gebruiken die tijd ook om hun energie kwijt te raken. Een wolf zal energie willen besparen, en beweegt daarom doel zeker, en niet kriskras in de rondte.
De manier waarop hondachtigen het meest energiezuinig voortbewegen is de draf. Je hebt de filmpjes vast eens gezien, van een jonge wolf die op zoek is naar een eigen territorium. De poten worden diagonaalsgewijs verplaatst. Een wolf kan op deze wijze zó 70 kilometer op een nacht afleggen. Of overdag, als hij nog zó jong is dat hij nog niet geleerd heeft dat hij beter bij mensen weg kan blijven.
Het resultaat is een mooi kaarsrecht spoor. Telkens twee prenten, de achterpoot telkens bovenop, of vlakbij de afdruk van de voorpoot. Dit noemen spoorzoekers een dubbelprent. De dubbelprenten staan in een zigzag patroon, met telkens dezelfde afstand ertussen. We meten hierbij de zogenaamde paslengte. Dat is de afstand die een poot aflegt bij het maken van één stap. Telkens gemeten vanaf hetzelfde punt, bijvoorbeeld vooraan de prent. Bij de sporen die ik gemeten heb op de Veluwe was 130 cm een typische paslengte.
Is een drafspoor over honderden meters kaarsrecht, en wordt die paslengte ook keurig behaald. En voldoen de prenten ook aan de juiste kenmerken. Dan wordt het wel steeds waarschijnlijker dat het spoor is achtergelaten door een wolf.
Wil je hier nou eens meer over weten? In een eendaagse workshop wolvensporen ga je praktisch aan de gang met sporen van de wolf. Opmeten van een drafspoor, het verschil leren zien tussen prenten van wolven, honden, vossen en meer. En nog veel meer, waaronder uitwerpselen en prooiresten.
Bezoek onze agenda voor komende data.
Figuur 4 : Jeroen meet ergens op de Veluwe het drafspoor van twee wolven op. Voor het eerst dat sporen aangeven dat er een mannetje bij het vrouwtje liep.
